31 juli 2016 Amsterdamse Waterleiding Duinen
Vandaag kom ik laat aan in de Duinen. Om 17:30 parkeer ik mijn auto weer bij ingang Panneland. Ik wissel mijn schoenen en hang mijn tas op mijn rug. Met mijn camera in de aanslag loop ik naar de ingang. Eerst maar weer even naar het speelveld. De kleine dieren zijn ook mooi om te zien en een nog grotere uitdaging deze goed vast te leggen. De zandhagedissen zijn nog aanwezig en ik neem daar dan ook even de tijd voor.
Ik steek het veldje over naar de grote bramenstruik. Ineens hoor ik iets achter me. Als ik me omdraai zie ik dat moeder en kind achter me langs lopen.
Bij de bramenstruik tref ik nog een paar zandhagedissen
Ik loop langs het water van het Eiland van Rolvers en zie dat de zwanen hier aanwezig zijn. Ik kan het niet laten deze nog even vast te leggen.
Ik stop niet op Het Eiland van Rolvers maar vervolg mijn pad richting Duizendmeterweg om op tijd te zijn voor het gouden uur. Het uur met het mooiste licht. Het zonnetje schijnt, dus dat zal wel goed komen. Hier aangekomen zie ik al een paar (bekende) fanatieke fotografen op hun buik in het gras liggen. Ik loop in een wijde boog naar ze toe en vraag onderwijl over er wat zit (en waar). 2 vossen een jaarling en een jong van 6 maanden.
Het jong wandelt nieuwsgierig tussen ons door en besluit er eens voor te gaan zitten.
Na een tijdje verdwijnen de vossen. Ik voel dat het begint af te koelen en wandel terug richting ingang. Aangezien ik dit nooit in een rechte lijn kan doen, neem ik hiervoor lekker de tijd.
Langs het water lopen 3 mooie bokken.
Ik loop verder langs een plek waar ook vaak een vos zit. Deze tref ik thuis aan. Ik fluit een keer en daar komt ze aan. Nieuwsgierig komt ze uit de struiken vandaan en loopt ze naar me toe.
Ze loopt een rondje om me heen om vervolgens rustig voor me te gaan zitten krabben.
Ik loop verder terug en zoek de kortste route naar het eiland van Rolvers. Dat betekend dat ik de paden van de herten volg. Ik kom precies goed uit. Tegenover het pad dat naar het eiland toe loopt kom ik op het verharde pad terecht. Ik loop naar mijn eerste vaste plek voor de boomkikkers. Ik zie hem inderdaad nog zitten maar het licht is al erg slecht. Ik draai me om en zie in de struik achter mij een jonge boomkikker zitten. deze is niet veel groter dan de nagel van mijn pink.
Verder zie ik niets meer en loop terug naar de auto. Voor vandaag is het weer mooi geweest.
Ik wens jullie weer veel leesplezier.